top of page

Zintuigen

Foto van schrijver: tonstrouckentonstroucken

Mijn denktocht over “Kun je denken zonder taal” kwam terecht bij het krijgen van informatie voor het denken en van daaruit Hoe werken onze zintuigen. Temeer omdat Markus Gabriel een pleidooi hield om bewustzijn, denken als een zintuig te beschouwen. Dat ligt tamelijk complex, is mijn voorlopige conclusie.

Wellicht wil je mijn denktocht volgen, ook al is de onderstaande tekst niet altijd makkelijk te lezen. Een hap/snap menu van feiten die ertoe doen om tot een conclusie te komen. Maar toch… mijn tocht bewandelt meerdere zijpaden. Getuigen van zingeving dus door zintuigen.


In de ons omliggende landen wordt Sinn, Sense of Sens gebruikt voor de Zin of beter -wat wij het vaakst gebruiken- Zintuig. In de zin van elk van de organen waardoor prikkels uit de buitenwereld in gewaarwordingen worden omgezet. In ons dagelijks leven gebruiken we de klassieke vijf: gezicht, gehoor, reuk, smaak, tast. Maar de moderne wetenschap erkent er meer. Realiseer je dat: - zintuigen werken voortdurend en levenslang - zonder zintuigen is leven als mens onmogelijk - zintuigen sturen het gedrag en uit gedrag kan werking van zintuigen afgeleid worden. - de mens is via de zintuigen al voorgeprogrammeerd.

Charles Darwin merkte al op dat zijn een maand oude zoon vanaf zo’n vijf centimeter voor de moederborst de melkbron al had opgemerkt; de mamma (latijn voor vrouwenborst) niet gezien, maar geroken vermoedde hij. Nu weten we dat: - in het vruchtwater van de baarmoeder de concentratie van reukstoffen wisselt tijdens de zwangerschap - het ongeboren kind al vanaf de dertigste week geurstoffen in het vruchtwater kan waarnemen - een baby kort na de geboorte kiest voor een tepel die naar vruchtwater ruikt - een enkele dagen oude baby echter liever een tepel heeft die niet naar vruchtwater ruikt - een jonge baby de voorkeur geeft aan de borst van de eigen moeder - een jonge baby liever een willekeurige melkgevende borst heeft dan een melkfles - een baby eerder een ongewassen tepel kiest dan een schoongewassen tepel - en Darwin had het goed gezien: de baby draait zijn hoofd in de richting van de moederborst voordat hij er contact mee heeft; inderdaad op geleide van zijn neus, reuk dus. De pasgeboren baby heeft in aanleg mogelijkheden om verschijnselen op te merken. Bij de baby is dat zijn hoofd toedraaien naar de tepel en beginnen te zuigen. En enkele dagen oud verandert zijn reactie: de voorkeur voor geur van vruchtwater verdwijnt en die van de borst komt ervoor in de plaats. Het kind heeft zijn gedrag veranderd; het heeft iets “geleerd”. Zo’n aangeboren mechanisme (innate releasing mechanism) treedt alleen automatisch op als het organisme aan zo’n prikkel wordt blootgesteld. Daarmee is het gedragspatroon ook voorgoed gevormd.


En wat dacht je van de automatische reactie. De kniepeesreflex is een voorbeeld van een onopgemerkte onderdeel van de normale werking van het been bij het lopen. Pas als de arts een tik geeft wordt de reflex bewust opgemerkt: gezien en gevoeld. Reflexen komen overal in het lichaam voor en zijn betrokken bij de feedback van verschillende functies zoals lichaamstemperatuur, vochtgehalte, bloeddruk, zuurstofgehalte in bloed, lichaam balans. Deze gezamenlijke regelmechanismen zorgen voor de evenwichtstoestand, de homoiostase of zelfregulering van het lichaam. We zitten vol met reflexen. Veruit de meeste signalen en de daarop volgende reacties van het lichaam vinden onbewust plaats. Bewust waargenomen prikkels vormen een kleine minderheid. Dat maakt het tevens zo interessant welke en waarom er wel bewust plaats vinden en wanneer en hoe je dat bewustzijn kunt noemen. Ook denken gaat veelal on- of halfbewust; flarden van gedachten, gekoppeld aan lichaam sensaties of fantasietjes komen en gaan.


De vijf klassieke zintuigen komen van Aristoteles (leerling van Plato die leerling van Socrates was). Hij benoemde daarmee de zintuigen die hij bewust kon waarnemen. Sindsdien zijn er meer zintuigen ontdekt die dan weer zesde of zevende zintuig werden genoemd. Tegenwoordig hebben we er meer afhankelijk van de gehanteerde definitie. Voorbeelden zijn: evenwichtszintuig, houding en dieptezin, pijn- en temperatuurzin. Hier zijn bio-medici en filosofen het lang niet altijd eens. Wat verstaan we bijvoorbeeld onder gezichtsvermogen (visus)? Vijf gebieden daarvan zijn vorm, diepte, helderheid, kleur en beweging. Daarnaast is er in het zoogdieroog, waaronder de mens, een zintuigcel gevonden die als Tijdaangever onderdeel is van een biologische klok.

In de mens kan zintuiglijke informatie het bewustzijn bereiken. Dan spreken we over perceptie. Filosofen hebben zich vooral gericht op het bewust waarnemen. Dat doet het hele veld van die half bewustzijn toestand, die we meestal zijn, te kort. In onderzoek is uitvoerig vastgesteld dat de meeste stimuli die het lichaam treffen het bewustzijn helemaal niet bereiken. Bij dieren en jonge kinderen kan zelfs de vraag gesteld worden of er sprake is van bewustzijn dat enigszins vergelijkbaar is met dat van een volwassen mens. Bewustzijn bij de mens vormt zich in de kinderjaren. Daar kan het dus ook (onbewust) vervormd ontstaan, met eigenaardige en traumatische gedragspatronen.

Zintuigen werken onderling ook en altijd samen. Je kunt je wel bewust op een zintuiglijke bron concentreren, maar op de achtergrond gaat alle informatie opname door. Aristoteles veronderstelde een overkoepelend zintuig waarin alle informatie tot een gehele waarneming wordt gevormd: sensus communis. Hiervan is de uitdrukking common sense afgeleid dat nu gezond verstand, een praktische denkhouding met aanvaarde overtuigingen aanduidt.

Zintuigen reageren op stimulus-respons als een oorzaak en gevolg relatie, een vaste relatie die in de evolutie is ontwikkeld. Om schade aan het organisme te voorkomen is er een onmiddellijke reactie voorradig namelijk de reflex. Een hand die per ongeluk een hete kachel aanraakt, trekt zich snel terug (en niet wordt snel teruggetrokken). Pas na de reflex realiseert de handbezitter zich wat er gebeurde. Energie niveaus die buiten de gevoeligheid van zintuigen vallen, kunnen niet worden waargenomen en worden dus niet ervaren. Wetenschappers hebben steeds meer instrumenten ontworpen die een verlengstuk zijn van de menselijke zintuigen zoals microscoop of sonar. Door de verschillen in gevoeligheid van de zintuigen ervaren dieren hun omgeving op verschillende wijzen. De bloem in de wei wordt door een meisje geplukt en door een koe opgegeten.


Een oude filosofische discussie ging over de vraag of er sprake is van geluid of niet wanneer een boom omvalt zonder dat er een levend wezen in de buurt is. Een antwoord zou kunnen zijn: geen geluid, want horen veronderstelt een waarnemer met een functionerend gehoor. Natuurkundigen definiëren geluid als trillingen door een voorwerp veroorzaakt. Trilling is er, dus er is geluid, maar dat wordt niet gehoord, dus er is geen geluid. Een verschil in objectief en subjectief. Zo simpel is het wel en niet. Een oplossing is om geluid te definiëren als zintuigelijke waarneming van gehoor. Een fysicus beschrijft geluid als golfverschijnselen; een bio-medicus kan vaststellen of trillingen wel of niet voor een mens hoorbaar zijn. Bovendien worden geluidstrillingen doorgegeven door verschillende substanties. Een trein kan eerder gehoord worden door het oor op de rails te leggen. Het filosofisch vraagstuk is een semantisch probleem, hopeloos ingehaald door de wetenschappen.


Feedback van de zintuigen gaat naar lichaamssystemen, bewegingsapparaat bijvoorbeeld. Gebleken is dat het lichaam als systeem nagenoeg op alle bewegingen die het evenwicht kunnen verstoren anticipeert en alvast maatregelen neemt om tegenbewegingen in te zetten. Ook de doorlopende stroom van stimuli die vanuit het bewegingsapparaat terug naar de hersenen gaan tijdens het uitvoeren van compensatie bewegingen komt er nog bij. Door voortdurende feedback blijft steeds bijsturing mogelijk. Het hele systeem van informatie vergaren, verwerken en bijsturen vindt bovendien plaats binnen milliseconden. Ons bewust denken, introspectie is traag. Dat is op zich niet verkeerd maar de zoektocht kan beter omgekeerd worden. Kijk naar je (uiterlijk) gedrag en onderzoek de zintuiglijke achtergrond waar mogelijk. Check die met wat anderen van je zien en daaruit krijg je waarschijnlijk een beter zelfbeeld.


Dan is er nog een somatosensibile systeem dat alle gewaarwordingen van het lichaam registreert: tast, pijn, vibratie, temperatuur, lichaamshouding. De receptoren liggen verspreid over het lichaam, waardoor de gevoelens daarmee er mee samenhangen zoals pijn overal kunnen voorkomen. De gecombineerde informatie wordt weer doorgegeven aan andere circuits indien nodig. Tegelijkertijd worden de patronen daarvan vergeleken met eerder opgedane ervaringen. Hierdoor kunnen nieuwe ervaringen de oudere verfijnen, resulterend in een leerproces. Zo hebben we allemaal leren lopen en fietsen. Een cruciaal voordeel van de samenwerking van zintuigen is dat daardoor de precisie en accuratesse van onze reacties toenemen. Zodra het menens wordt gebruiken we alle zintuigen waarover we beschikken!

Tussen onbewust en bewust ligt het werkgebied van de automatische piloot. Achteraf kunnen we herinneringen terugroepen en vaststellen dat we toch vrij veel half bewust hebben waargenomen. Ook kennen we de voorbeelden van herinneringen die terugkomen jaren na dato, getriggerd door een geur of klank. En de daarbij horende emoties van verdriet of vreugde. Herinneringen zijn altijd gekoppeld aan zintuiglijke waarnemingen. Je kunt dus eigenlijk niet waarnemen zonder de zintuigen. Emotionele herinneringen zijn vaak gebonden aan geur sensaties. En meestal komt zo’n overval van een zintuiglijke prikkel samen met een caleidoscoop van beelden.


Een teken wordt pas een teken op het moment dat er betekenis aan wordt verleend. Organismen hebben een intrinsieke neiging betekenis aan hun omgeving te verlenen. Een reactie, een gedragsverandering wijst erop dat er betekenis is verleend. Als een teken wordt herkend, de code begrepen, dan ontstaat er betekenis. Van teken naar betekenis komt er dus een codering aan te pas, een regel die de verbinding vastlegt, die de twee gebieden vertegenwoordigt. Teken en betekenis bestaan uit denkbeelden als de code voortkomt uit het eigen denken. De code is dan gekoppeld aan een denkstap: als je je glas opheft wordt dat gezien als ik wil nog wat drinken en zal de ober je bijschenken. Deze code kan overigens ook al in je DNA liggen.


Markus Gabriel pleit er voor om denken ook als een zintuig te beschouwen. [ in “Waarom we vrij zijn als we denken” gaat hij op zoek naar persoonlijke identiteit. Wat verbergt zich achter je indrukken, emoties en ideeën? Ons handelen is niet te herleiden tot neurale processen, ook niet tot goddelijke orde of andersoortige ideologie. De mens baseert zijn handelen niet op oorzaken, maar op redenen. In de “Zin van het denken” beschrijft hij denken als een betasten van de werkelijkheid. Gabriel doet een oproep om te achterhalen wat denken eigenlijk is, om te voorkomen dat we slachtoffer worden van digitalisering of techno-wetenschappelijk discours.] De Chinese filosofen rekenden traditioneel ook het denken tot zintuig. Ik ben nog niet zover.


Wat heeft de denktocht mij gebracht: - dat de zintuiglijke informatie onze waarneming mogelijk maakt en stuurt - dat die reactie grotendeels onbewust ten uitvoer wordt gebracht - dat denken en voelen samengaan en dat dat maar goed is ook - dat ervaringen via zintuigen in een context worden geplaatst - dat bewustzijn gebruik maakt van onze zintuiglijke, lichamelijke kennis - dat denken gevoed en gehinderd kan worden door onze zintuigen - dat denken met voelen samen een leerproces is - dat zintuigen de brug, de interactie zijn met onze omgeving - dat zintuigen meer dan stille getuigen zijn.

De zoektocht gaat verder naar intuïtie, illusie, meditatie, hallucinatie en mind’s eye.

8 weergaven

Recente blogposts

Alles weergeven

©2022 door Ton Stroucken. Met trots gemaakt met Wix.com

bottom of page