top of page

Waarheid en wijsheid

Foto van schrijver: tonstrouckentonstroucken

Bijgewerkt op: 7 okt 2023




In het boek van Jan Keij: “Postmodern denken, het ethische fundament” word je meegenomen op een zoektocht naar het welzijn (wel zijn) van de mens. En de misvatting dat post modernisten alles relatief verklaren, maar daaronder een ethisch fundament moeten aannemen. Morele losbandigheid, verwoord als “anything goes” lijkt in onze tijd gemeengoed; ieder zijn eigen mening, feiten en alternatieve feiten, concept en complot theorieën. Filosofie is de liefde voor wijsheid; echter filosofen zoeken ook naar waarheid. Wat te doen? Zoeken naar waarheid of wijsheid? Of is het als met reizen: de tocht is mooier dan de bestemming. Enkele gedachten van een nieuwsgierige onderzoeker.


Levinas komt (met andere denkers als Nietsche, Derrida, Lyotard en Rorty en Jan Keij) tot de conclusie dat post moderne denkers het relativisme van de opvattingen aanhangen en daar tegelijk een ethisch fundament bij veronderstellen. Dat is het grote gewin van de post moderne denkers: dat al het denken zich ontvouwt in het NU medegeven door het verleden en streven naar toekomst. Elk mens leeft met zijn eigen aanleg, ervaring, scholing, geschiedenis in een eigen context. Die context van mens in tijd en ruimte wordt in elk tijdperk bij elke denker verbijzonderd en opnieuw gedacht. De post modernen hebben afscheid genomen van het grote verhaal dat zoekt naar een absoluut idee van de schepping, de verklaring der verklaringen. Zij realiseren zich dat er kleine verhalen zijn die elke tijd ander inzicht geeft in de werkelijkheid, andere opvattingen geeft aan hoe de wereld is en zou moeten/kunnen zijn. Er bestaat geen filosofische waarheid, de absolute waarheid is onbestaanbaar en onbereikbaar.

De waarheid is “het licht” dat zicht geeft of glans geeft aan de ontdekking. De filosoof laat zijn licht schijnen bij zijn graaftocht naar schatten. (Zoals Lampje (Little Helper) oplicht bij Willie Wortel de onderzoeker van Duckstad) Of zoals ik eerder schreef: Een denker is een mijnwerker om in zichzelf naar goud te graven. Er is slechts een eeuwig zoeken; we zoeken volgens Levinas met de filosofie naar de waarheid, maar zullen die niet vinden. Maar dit is juist het succes van de filosofie, het goud, want zo blijft de denker openstaan voor meer kennis, meer wijsheid in plaats het uiten van een dogmatische waarheid. Er is geen groot verhaal dat de ultieme waarheid beschrijft, maar er is een eeuwige zoektocht naar nieuwe kennis om wijsheid te vinden. En die wijsheid is de wijze waarop wij zijn. En om telkens een andere mogelijkheid, dimensie te onderzoeken. Die het anders-zijn-dan onderzoekt, als een mogelijke niet waarheid die toch zou kunnen bestaan. Het is eigenlijk heel simpel. Filosofie maakt gebruik van indenken, nadenken, overdenken, bedenken van een eindeloze stroom van gedachten. Je kunt je gedachten niet uitschakelen, je kunt slechts de lichtknop omdraaien. Zolang je kunt denken, zul je ook bedenken. Nieuwe mogelijkheden overwegen. Dus zolang je leeft heb je gedachten. Zolang er gedachten zijn heb je kans op nieuwe waarheden. Dat is wijsheid; dat is filosofie als zoeken naar wijsheid.


Denk je.


Dat waarheid haar zeggingskracht heeft verloren is helemaal niet waar zegt filosoof Rob Wijnberg is zijn boek “Voor ieder wat waars”. Anders zouden nepnieuws en alternatieve feiten niet zo’n aandacht krijgen. Waarheid is zoveel meer dan de scheidsrechter tussen feit en fictie. Waarheid dient ergens toe, waarheid is meer dan de realiteit. Feiten onderzoek en fact checken is de loep waarmee de samenleving naar de wereld kijkt. Natuurlijk zijn er individuele verschillen, maar de tijdgeest, de context hangt samen met wat wij als waarheid aannemen. Waarheid onderzoek is nodig om verschil te maken. Een samenleving maakt gebruik van een gedeelde realiteit waarin een sterke notie van waarheid geldt. Waarheid is in die zin ook een verhaal dat bij een tijdperk, stroming of cultuur hoort. Door dat te zien, kun je begripvol kijken naar fundamentele verschillen in opvattingen, zonder te denken dat iemand het contact met de realiteit kwijt is. Of te vervallen in relativisme: ieder zijn mening. Wijnberg benoemt de waarheid in de premoderne tijd als God, iets buiten onze werkelijkheid. Waarheid was een godsgeschenk, een gegeven waar je niet naar kon zoeken. In de moderne wereld kwam de waarheid op de aarde. Mensen spraken over vooruitgang; het was de tijd van de Verlichting, van wetenschappelijk onderzoek. Waarheid werd ons niet gegeven, maar gevonden. Vanaf de postmoderne tijd (en zijn twee wereld oorlogen) wordt de waarheid gezien als iets dat wordt gemaakt. De mens als vrij individu is zelf een bron van waarheid. Waarheid bevindt zich in de mens zelf die deze op de wereld projecteert. Wijnberg heeft er nog een aan toegevoegd: de postmoderne consumptietijd. De postmoderne waarheid had een emanciperend idee: groepen is de samenleving zouden het beter krijgen, omdat er ruimte kwam voor hun waarheid. En ons vrijmaken van collectieve, desastreuse waarheden van nazi-ideologie, kerk en socialistische heilstaat. Maar onze huidige marktgerichte samenleving richt zich op consumenten en behoefte bevrediging. Waarheid is een te verkopen product en hoe meer er verkocht wordt hoe vaker dat als waarheid wordt genomen. Waarheid is wat zichtbaar is, naar gekeken wordt, omdat het met marketing aan de consument verkocht wordt. Het neoliberalisme kwam met een vrijemarkt ideologie die draaide om zelfredzaamheid van het individu. Het morele karakter is er van weg gehaald. De samenleving heeft als doel te voorzien in individuele behoeften; is niets meer dat een verzameling individuele belangen.


Waarheid is steeds meer om onszelf gaan draaien volgens Wijnberg. En daarmee verloor waarheid haar verbindende kracht. En de meest problematische mythe dat een autonoom persoon zijn succes aan zichzelf te danken heeft of eigen schuld als hij niet in het leven slaagt. Terwijl de onderlinge afhankelijkheid (voor en via al deze markten en producten) alleen maar toeneemt. Rob Wijnberg pleit voor een waarheid als weefsel. De mens is een soort met een ongeëvenaard vermogen tot samenwerking en zorgzaamheid. Die mens als zorgend wezen past niet helemaal in de evolutie met Survival of the fittest als een gewelddadige strijd om te overleven. Het is veeleer in de woorden van Rutger Bregman een Survival of the friendliest; de mens als een extreem sociaal, zorgzaam wezen. Die kijk op mensen als coöperatief en zorgend wezen is van belang voor gemeenschapszin die een collectieve waarheid nodig heeft om de grote problemen zoals klimaat aan te kunnen.

Dat is een wereldbeeld met een ethisch fundament zoals Jan Keij beschrijft: de caritas (zorgzaamheid) en de religie (in de oorspronkelijke betekenis van verbindend vermogen) is de “absolute” waarheid met een opdracht “doe leven” van Levinas, geïnspireerd door opvattingen gelegitimeerd door hun gevolgen voor de mensheid. Waarheid en wijsheid ten dienste van het welzijn.

17 weergaven

Recente blogposts

Alles weergeven

©2022 door Ton Stroucken. Met trots gemaakt met Wix.com

bottom of page